Home | Intro | About | Feedback | Prev | Next

BRIEFWISSELING

tussen Redactie WCS en G.Korthof

14-6-96 t/m 1-12-96


.
Redactie Wetenschap Cultuur en Samenleving
Postbus 74768
1070 BT Amsterdam

						14 juli 1996

Geachte Redactie,

In het juni nummer van WCS laat U de oud-farmacoloog Paesi 5 pagina's aan het woord over de evolutietheorie. Als reden noemt U in Uw voorwoord dat Paesi wetenschappelijke argumenten gebruikt. Maar waarom laat U dan een farmacoloog aan het woord ? Is een farmacoloog gekwalificeerd om over evolutiebiologie te oordelen ? Het is duidelijk dat Paesi zeer sterk gemotiveerd is om de evolutietheorie te kritiseren, maar kent hij het vakgebied evolutiebiologie ook voldoende om een wetenschappelijk verantwoord oordeel over evolutiebiologie te vellen ? Wordt het niet eens tijd om een evolutiebioloog de kans te geven hierop te reageren ? Een weerwoord in een vorm die de ruimte biedt om een volledig en overtuigend antwoord op Paesi's verhaal neer te zetten. Mag ik een uitnodiging hiertoe van U tegemoet zien ?

Met vriendelijk groeten,

Gert Korthof

.

.

W - C - S

Aan: De Heer G.Korthof
					Amsterdam, 17 juli 1996

Geachte heer Korthof,

Uw suggestie als zouden wij alleen bij monde van niet terzakekundigen opvattingen over de evlutietheorie ventileren, wijs ik van de hand. Uiteenlopende deskundigen, zoals onder veel meer Jan Lever en Stephen Jay Gould kregen (en krijgen) volop gelegenheid hun overigens zeer gevarieerde meningen over dit onderwerp te ventileren. Uw stelling dat het hoog tijd zou zijn dat WCS eindelijk eens een evolutiebioloog over de evolutie aan het woord te laten (inclusief de uitnodiging uzelf daartoe door ons te laten uitnodigen) doet in dat verband wat apodictisch aan.
Nochtans, mocht u uw mening over de (de niet voor niets nadrukkelijk als 'essay' gepresenteerde) bijdrage van dr. Paesi in ons blad vermeld willen zien, dan staat het u als lezer uiteraard vrij dit te doen via onze rubriek 'Ingezonden'. Beperkt u zich in dat geval tot maximaal 400 woorden?

Met vriendelijke groeten,

Gert J.Peelen hoofdredacteur

.

. Aan:
Redactie Wetenschap Cultuur & Samenleving
dhr Gert J. Peelen
Postbus 74768
1070 BT Amsterdam

						4 aug 1996

Hartelijk dank voor Uw reactie van 17 juli.
Eveneens dank voor het feit dat U mij in de gelegenheid stelt een ingezonden brief te plaatsen. Er is echter nog één probleem. Mag het meer zijn dan 400 woorden ? Alleen al het citeren van de nodige uitspraken, kost ruimte. Een betoog moet opgebouwd en met voorbeelden geillustreerd kunnen worden, om overtuigend te zijn. Vanzelfsprekend kunt U het eveneens als essay op persoonlijke titel aankondigen (net als bij Dr Paesi), als de redactie niet achter de inhoud staat, en van het nodige commentaar voorzien; etc.
Waarom vraag ik dit ? Dr. Paesi doet een 'aanval' van 5 pagina's op de evolutietheorie en impliciet op de gehele natuurwetenschap. Maar op zo'n manier dat er ten onrechte schade aangebracht wordt, die hersteld moet worden. Er wordt een vertekend en absoluut eenzijdig beeld geschetst. Er moeten zoveel misvattingen rechtgezet worden en bezwaren weerlegd worden (die overigens elders reeds weerlegd zijn). Mag de 'verdediging' dan ook 'equal time' ?

Het is niet mijn bedoeling om een geheel nieuwe mening naar voren te brengen (tenzij U dit een nieuwe mening vindt). Met nadruk vermeld ik hierbij dat het mij ook niet gaat om het algemene beleid van WCS. In uw brief van 17 juli schreef U dat ik gesuggereerd heb dat WCS alleen bij monde van niet terzake kundigen opvattingen over de evolutietheorie ventileren, .... Dat heb ik niet geschreven en was ook niet mijn bedoeling. Ik schreef: Wordt het niet eens tijd om een evolutiebioloog de kans te geven hierop te reageren ? Het gaat mij er dus niet om wat er in het algemeen in WCS verschijnt. Dat kan ik niet beoordelen. Mij ging het er uitsluitend om de beantwoording van het artikel van dr Paesi.

Tenslotte dit: uit het feit dat het creationistisch standpunt verdedigd wordt zonder in te gaan op de unanieme kritiek van wetenschappers (waaronder Gould), dat creationisme alles behalve wetenschap is, moet ik concluderen dat de creationistische claim kennelijk niet eerder in WCS weerlegd is. Anders zou je mogen verwachten dat dr. Paesi daar op in gaat en aantoont dat creationisme wel degelijk een tak van wetenschap is.

U noemt de biologen Lever en Gould in Uw brief. Graag zou ik een exemplaar van WCS ontvangen, waarin het artikel van Lever staat (evt. copie); tegen betaling uiteraard.

Gezien het bovenstaande: mag het een essay worden ? Hieronder treft U een CV aan.

Met vriendelijke groeten,

drs G. Korthof

C.V.: In Utrecht biologie en filosofie gestudeerd. Doctoraal onderwerpen: populatiegenetica van Drosophila melanogaster (vakgroep populatie- en evolutiebiologie); chromosoomonderzoek aan in Nederland voorkomende waterbies-soorten; chromosoom onderzoek aan de mens (Leiden). Afgestudeerd in de biologie. Tien jaar clinisch cytogenetisch onderzoek (medische Faculteit Leiden); Sinds 1991 werkzaam op het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.

.

.

W - C - S

					Amsterdam, 6 augustus 1996 
Geachte heer Korthof,

Dank voor uw brief van 4 augustus j.l., waaruit in ieder geval blijkt dat U over een bewonderenswaardig doorzettingsvermogen beschikt. Helaas echter moet ik u andermaal teleurstellen: wij zijn een journalistiek gemaakt tijdschrift en geven aan 'niet-vaste medewerkers' nooit carte blanche om een artikel voor ons te schrijven. Uw uitstekende staat van dienst op wetenschappelijk gebied, verandert daar niets aan.
Het artikel van dr Paesi werd ons aangeboden toen het eenmaal was geschreven. Dat wij het - zij het na enige aarzeling - hebben geplaatst had als belangrijkste reden, dat wij het aardig vonden om iemand die zijn sporen in de 'normale' wetenschap heeft verdiend en die desondanks de aldaar algemeen gangbare evolutionistische opvattingen niet deelt, daarover eens aan het woord te laten; noemt u het voor mijn part 'uit curiositeit'.
Uit deze kwalificatie blijkt al dat de artikelen van natuurwetenschappelijke aard die wij plaatsen, doorgaans uit de àndere hoek - dat wil zeggen: úw - hoek komen. Uw constatering "dat de creationistische claim kennelijk niet eerder in WCS weerlegd is", raakt dan ook kant noch wal: we hebben het creationisme in het verleden veelvuldig en uitvoerig, maar bovenal uiterst kritisch behandeld. Zo vaak zelfs, dat het ondoenlijk is U daarvan copieën te sturen. De evolutietheorie an sich is derhalve bij ons absoluut niet in de verdrukking en een verdediging jegens de 'aantijgingen' van dr Paesi zou derhalve overkill betekenen.
Spijtig dat U geen gebruik heeft gemaakt van mijn eerdere aanbod om een zakelijke reactie van 400 woorden te schrijven. Inmiddels is het septembernummer 'dicht' en wij zijn niet gewoon langer dan twee maanden na verschijnen van een artikel nog reacties daarop te publiceren.
Met vriendelijke groeten,

Gert J.Peelen
hoofdredacteur



.

. Aan:
Redactie Wetenschap Cultuur & Samenleving
dhr Gert J. Peelen
Postbus 74768
1070 BT Amsterdam
						7 aug 1996

Geachte heer Peelen,

Kunt U mij dan alstublieft één artikel sturen waarin het creationisme kritisch behandeld wordt ?

Gert Korthof



.

. Aan:

Prof. Dr. H.E.S. Woldring
Burg. Haspelslaan 382
1181 NG Amstelveen

						27 augustus 1996

Geachte Heer Woldring,

In het juni nummer van Wetenschap Cultuur en Samenleving verscheen het essay "Scheppen uit het niets" van de oud-farmacoloog dr. Paesi, met de ondertitel 'De argumenten en overwegingen van een bioloog die tracht aan te tonen dat puur toeval op dit punt uitgesloten moet worden geacht."

Dr Paesi brengt problemen uit de evolutiebiologie op een zodanige manier dat het overtuigend op leken overkomt, maar een bioloog ziet dat het fragmentarische gelegenheidsargumenten zijn. Het essay impliceert dat biologen een ongeloofwaardige, onhoudbare theorie verdedigen, wat uiteraard een belediging voor biologen is. Dr. Paesi wordt op twee plaatsen aangekondigd als bioloog, maar hij is een oud-farmacoloog. Om te oordelen over een wetenschappelijke theorie moet je al het beschikbare feitenmateriaal meewegen; moet je begrijpen welke problemen de theorie wil oplossen en hoe goed deze daarin slaagt; of een alternatieve theorie het beter doet. Dr. Paesi slaagt daar niet in.

Het artikel van dr Paesi wordt tevens gebracht 'als bijdrage aan de discussie over de relatie tussen geloof en wetenschap in het algemeen, en de geloofwaardigheid van de evolutietheorie in het bijzonder'. In het betreffende essay wordt echter helemaal niets gezegd over de relatie tussen wetenschap en geloof. Alle vragen op dat gebied, inclusief alle bezwaren tegen het creationisme als wetenschap, blijven onaangeroerd. Ook wat hij denkt te bereiken met zijn kritiek blijft onuitgesproken.

Daarom is mijn verzoek eenvoudig dit:

als WCS een aanval in het openbaar publiceert, geef dan een gelijkwaardige kans voor de verdediging in hetzelfde tijdschrift.

Ik heb tevergeefs de redactie verzocht (14 juli) om een essay ter verdediging te mogen publiceren. Het creationisme is volgens de hoofdredacteur dhr Peelen al zo vaak bekritiseerd in WCS 1). Maar dat creëert een uitzonderlijke situatie: als het creationisme al vele malen weerlegd is in WCS, hoe kan er dan nog iemand een creationistisch artikel publiceren, zonder op al die weerleggingen in te gaan ? En als het creationisme als wetenschap nog niet weerlegd is in WCS, dan is het zeker geen 'overkill' om te laten zien wat er niet klopt aan dr. Paesi's essay en de creationistische filosofie.

Geen momologen, maar reageren op elkaars argumenten. Gaarne wil ik een bijdrage aan die discussie leveren, maar omdat ik niet ongevraagd een artikel wil sturen, vraag ik hierbij om een uitnodiging daartoe.

Met vriendelijke groeten,

G. Korthof

1) Op mijn verzoek (dd 7 aug) om zo'n artikel te sturen, heb ik nog niets gehoord.





.

.

W C S

						10 september 1996
Geachte heer Korthof,

Na terugkeer van vakantie vond ik uw verzoek van 7 augustus j.l. om een artikel te sturen uit WCS, waarin onze kritische houding jegens het creationisme zou blijken. Ik stuur u hierbij als voorbeeld mijn 'Ten Eerste' uit het septembernummer van vorig jaar. Overigens valt hierin de term 'creationisme' niet, maar is prake van (religieus) fundamentalisme. De reden hiervan is, dat ik het creationisme niet als een serieus te nemen wetenschappelijk paradigma beschouw. Dat neemt echter niet weg, dat het iedereen vrij moet staan om met beargumenteerde, verifieerbare kritiek op de evolutietheorie te komen, zèlfs aanhangers van de creationistische gedachte, zolang zij hun gelovige standpunten maar niet als steekhoudend argument inbrengen. Nogmaals: dat deed dr. Paesi mijns inziens dan ook niet.
Van Prof. Woldring begreep ik, dat u, ongeduldig door het uitblijven van een prompte reactie mijnerzijds, nu de weg via de redactiecommissie bewandelt. Ook dat staat u uiteraard vrij. Het zal echter geen verandering brengen in de praktische stelregel die wij bij WCS hanteren, dat wij geen enkele toezegging tot plaatsing doen, alvorens wij een artikel onder ogen hebben gehad (tenzij, uiteraard, het een bij ons geaccrediteerde journalist betreft).
Met vriendelijke groeten,

Gert J. Peelen
hoofdredacteur



.

15 okt 96: eerste versie van het artikel opgestuurd naar dhr Peelen.
.

W C S

						21 OKTOBER 1996
Geachte heer Korthof,

Met belangstelling heeft de redactie uw artikel gelezen, waarin u de standpunten van dr F. Paesi poogt te weerleggen. Graag had ik uw doorzettingsvermogen beloond. Maar helaas moet ik u het artikel om de volgende redenen terugsturen:
- uw bijdrage telt maar liefst 5681 woorden; dat is ruim twee maal zo veel als dr Paesi nodig had om zijn standpunt te verkondigen; een artikel in WCS telt zelden meer dan 2500 woorden, de feature en het interview uitgezonderd;
- uw aanpak past niet in het journalistieke kader van ons tijdschrift; het is meer een vorm van fundamentele schriftkritiek, waarbij u Paesi's zinnen letterlijk onder de loup neemt, dan een op zichzelf staan betoog over de onhoudbaarheid van het creationisme. Het laatste had interessant kunnen zijn; een aanpak waarbij de lezer eerst een oude aflevering (juni!) moet opduikelen om deze naast uw verhaal te leggen, is voor een publiekstijdschrift echter te weinig 'klantgericht';
-tenslotte nog een inhoudelijk argument: in uw prijzenswaardig enthousiasme de empirische wetenschap te verdedigen, drijft u de tegenstander in een hoek waar hij niet uitkwam: niet alle critici van de evolutietheorie zijn creationist en er zijn bovendien nauwelijks (serieuze) creationisten te vinden die Genesis als een natuurwetenschappelijk handboek beschouwen en het scheppingsverhaal zó letterlijk nemen als ú veronderstelt (een klus van één week die zo'n 4000 jaar geleden geklaard werd); zèlfs dr Paesi niet.
Met vriendelijke groeten,

Gert J. Peelen
hoofdredacteur



.

. Aan:
Wetenschap Cultuur & Samenleving,
dhr Gert J. Peelen
Postbus 74768
1070 BT Amsterdam

							10 nov 1996

Geachte heer Peelen,

In Uw brief van 21 okt schrijft U dat niet alle critici van de evolutietheorie creationist zijn ! Deze opmerking heb ik verwerkt in de nieuwe versie van mijn artikel. Die opmerking opzich is een waarheid als een koe, maar is niet op Paesi's artikel van toepassing. Overdreven gezegd: dr Paesi is toch geen atheist die zuiver-wetenschappelijke kritiek geeft op evolutie en evolutietheorie? U vergeet dat zijn artikel een theologische term als titel had: 'Scheppen uit het niets'. Dat was geen literaire versiering, want 'scheppen uit het niets' wordt als alternatieve verklaring geboden voor het ontstaan van soorten. Verder begint dr Paesi's betoog met een citaat uit de bijbel: In de beginne schiep God de hemel en de aarde. Zeker geen literaire versiering! Dr Paesi schrijft dat 'de verschillende vormen van leven onafhankelijk van elkaar ontworpen en geschapen zijn'. En dr Paesi's artikel eindigt met een openlijke religieuze conclusie ('Gods werkelijkheid'). Heeft dr Paesi dan niet goed over de titel, de eerste zin en de slotconclusie van zijn artikel nagedacht? Ik snap wel dat Uzelf geen creationist bent, maar daarom kunt U nog niet tegen de feiten in Uw eigen mening in Paesi's artikel projecteren. Ten tweede vergeet U dat Paesi niet alleen een criticus is van de evolutietheorie, maar ook van het hele idee van evolutie (dat soorten van elkaar afstammen). En dat laatste wordt niet door de meeste critici gedaan, maar is typerend voor creationisten.

Direct daarna zegt U: er zijn bovendien nauwelijks (serieuze) creationisten te vinden die Genesis als een natuurwetenschappelijk handboek beschouwen en het scheppingsverhaal zo letterlijk nemen als u veronderstelt. Maar dan kent U het werk van de meest vooraanstaande wetenschappelijke creationisten Morris en Gish niet ! Morris en Gish zijn het die de revival van het wetenschappelijk creationisme in gang gezet hebben. Zij zijn degenen die Genesis, schepping en de zondvloed letterlijk als wetenschappelijke theorie nemen. Zoals ik in mijn nieuwe inleiding verduidelijk, ontstaat strijdigheid van Genesis en evolutie pas als men Genesis in meer of mindere mate letterlijk neemt. Zoals ik aantoon in mijn artikel doet Paesi dat ook. Anders zou het totaal onbebegrijpelijk zijn waarom dr Paesi 5 pagina's lang juist de evolutietheorie bestrijdt. Ook nog eens een theorie buiten zijn eigen vakgebied de farmacologie. (Is het U ook opgevallen dat dr Paesi zich in zijn artikel nergens distantieert van Morris en Gish ?) Ik kan veilig stellen dat zolang WCS artikelen tegen evolutie en darwinisme blijft publiceren, dit een heel aardige indicatie is voor het letterlijk nemen van (tenminste een deel van) Genesis.
Tenslotte, meneer Peelen, het is makkelijk om te beweren dat niemand, zelfs dr Paesi niet, het scheppingsverhaal zó letterlijk leest. Maar als je het niet letterlijk leest, hoe lees je het dan wel ? Dr. Paesi heeft absoluut niets geschreven over de niet-letterlijke interpretatie van Genesis. Integendeel. Hij heeft Morris en Gish, de stichters van het wetenschappelijk creationisme, ook niet tegengesproken. Ik heb met citaten aangetoond dat Paesi 'plotselinge schepping' letterlijke neemt (zie geel gemarkeerde passages in bijgevoegde copie); U toont Uw bewering van het tegendeel niet aan.

U schrijft dat mijn bijdrage meer een vorm van fundamentele schriftkritiek is, dan een op zichzelf staand betoog over de onhoudbaarheid van het creationisme. Maar dat komt omdat Paesi uitzonderlijke dingen betoogt!. Uw bezwaar impliceert dat ik dr Paesi's beweringen niet letterlijk onder de loup mag nemen. Want hoe kun je het standpunt van iemand kritiseren als je hem niet mag citeren?. En het gaat juist om de beschuldigingen, misvattingen en de misleidende beweringen in Paesi's artikel ! En dat terwijl dr Paesi's artikel zelf vrijwel volledig bestaat uit kritiek op de evolutietheorie, want over de creationistische theorie heeft Paesi vrijwel niets geschreven. Als je iemand niets in de schoenen wilt schuiven, als je hem eerlijke wilt behandelen, dan mag je hem alleen aanvallen op wat hij gezegd heeft. En het meest controleerbare is citaten geven. Je moet iemand wel citeren die voor biologen zeer ongebruikelijke dingen zegt. (Als Uw tijdschrift voor een besloten christelijke kring bestemd was, dan had Paesi's artikel mij en het 'grote publiek' niet kunnen bereiken. Maar Uw tijdschrift wordt ook via de BRUNA boekhandels op stations in Nederland verspreid. Dat is geen besloten christelijke kring. Dat geeft WCS plicht tot rectificatie.)
Overigens geef ik niet alleen kritiek op dr Paesi; ik geef ook inhoudelijke kritiek op creationisme in het algemeen, nl op het begrip 'schepping'; het meest centrale begrip van iedere vorm van creationisme. En dat deel is een op zichzelf staand betoog. Maar ik kan als evolutiebioloog Paesi's evolutiebiologische fouten natuurlijk niet negeren!

U geeft nog meer inhoudelijke kritiek. Ik zou ten onrechte beweerd hebben dat dr Paesi gelooft in een scheppingsweek 4000 jaar geleden. Maar dat is de opvatting van creationisten als Morris en Gish die ik in de inleiding had besproken!. Dat heb ik niet aan dr Paesi toegeschreven, want op pagina 5 van mijn manuscript staat: 'Dr Paesi is kennelijk een Oude-Aarde-Creationist, want...'. (staat in de nieuwe versie op pagina 3). Dus die kritiek is niet terecht!. Overigens: heeft dr Paesi inhoudelijke of journalistieke kritiek van de redactie op zijn artikel gekregen? Op de lengte van zijn artikel? Het bevat wetenschappelijke onjuistheden en marginaal relevante technische details over calcium- en glucose-concentratieregulatie, etc,. Het bevat beginnersfouten op gebied van genetica, populatie-genetica, systematiek.

Verder zou Paesi's artikel te lang geleden zijn (juni), om op te reageren. Nu ik heb 14 juli in een brief aan U gevraagd om een artikel in te mogen zenden, in plaats van de redactie met een artikel te confronteren. Ik meende dat dat correcter was. (Naar ik begrepen heb uit Uw brief, had dr Paesi ongevraagd zijn artikel ingestuurd.). U heeft mijn artikel teruggestuurd, waardoor er tijd verloren is gegaan. Dr. Paesi beloonde U met publicatie. Dr. Paesi's artikel was anderhalf maal zolang als het gemiddelde (2500 woorden) WCS-artikel, U twijfelde aan de publicatie, U deed het uit curiositeit. Nu er kritiek op komt, werpt U vele barrières op.
Met het publiceren van dr Paesi's artikel heeft U het creationismedebat weer nieuw leven ingeblazen. Behalve een enkele nieuwigheid, betreft het reeds bekende zaken. Paesi's artikel bewijst dat het creationisme nog steeds leeft.
Te lang geleden ? Ironisch genoeg: als er iemand laat is met het accepteren van de evolutietheorie 150 jaar na Darwin, dan is het Paesi wel.

De lengte die de ingekorte versie nu heeft (3515 woorden) is kleiner dan Paesi's artikel (3606 woorden), maar is noodzakelijk om de aanvallen die Paesi doet op de evolutietheorie en waar ik niet om gevraagd heb, te beantwoorden. (In de eerste versie had ik door ruimtegebrek al niet alle misverstanden recht kunnen zetten). Het is nu eenmaal makkelijker om een hoop overhoop te halen en schade aan te richten, dan die schade te herstellen. Bijvoorbeeld dr. Paesi beweert heel gemakkelijk in één zinnetje: 'Ik geloof niet, dat ooit een mutatie is waargenomen die zinvol genoemd kon worden'(p15). Niets is minder waar!. Maar als je boven het welles-nietes spelletje wilt uitstijgen, moet je aantonen dat hij fout zit. En dat kost natuurlijk meer dan één zinnetje!.

Gert Korthof

CC: redactie-commissie.



.
[Bijlage: artikel 2e versie]

. Aan:
de leden van de redactie-commissie en de voorzitter van de
Redactie-Commissie van Wetenschap Cultuur en Samenleving,
Prof. Dr. H.E.S. Woldring
Burg. Haspelslaan 382
1181 NG Amstelveen
							10 nov 1996

Geachte leden van de redactie-commissie,

Ik richt mij tot U als verantwoordelijken voor de wetenschappelijke kwaliteit van WCS.

U heeft een essay gepubliceerd Scheppen uit het niets van dr F. Paesi. Het voldoet niet aan vakwetenschappelijke normen en vakkennis op het gebied van de evolutiebiologie.

Ik heb tot nu toe tevergeefs getracht dit recht te zeten. De heer Peelen (brief van 21 oktober) heeft mijn reactie op dr Paesi's artikel teruggestuurd o.a. omdat het te lang was. Welnu: ik heb het ingekort tot 3515 woorden (incl. literatuurlijst), dat is minder dan dat van dr Paesi (3606 woorden). Dus hiermee ben ik tegemoet gekomen aan het bezwaar van de hoofdredacteur.

Ook heb ik dankbaar gebruikt gemaakt van de inhoudelijke opmerkingen van de hoofdredacteur om een en ander te verduidelijken in mijn artikel. Dit vindt U terug op pagina 1 en 5.

Als verantwoordelijken voor de wetenschappelijke inhoud van Wetenschap Cultuur en Samenleving kunt U zich niet aan Uw wetenschappelijke verantwoordelijkheid onttrekken. Uw namen met academische titels staan toch niet voor niets in WCS vermeld ? Welke bioloog, als er een bioloog in de redactie-commissie zit, heeft dr Paesi's artikel beoordeeld ?

De overige opmerkingen van dhr Peelen, heb ik beantwoord in een aparte brief aan hem, waarvan U een copy aantreft.

Ik hoop dat U, gezien de nodige tegemoetkomingen mijnerzijds, positief advies zult uitbrengen om het artikel te plaatsten.

Gert Korthof

CC: dhr Peelen.







.

.

W C S

Aan: De heer G.Korthof

						19 november 1996
Geachte heer Korthof

Onder dank voor de toezending, zend ik u hierbij uw bijdrage andermaal retour. Over de argumenten voor deze afwijzing kan ik, na mijn eerdere brieven aan u, kort zijn. Uw reactie op het artikel van dr Paesi voldoet niet aan de journalistieke maatstaven die wij als redactie aanleggen bij de beoordeling van bijdragen voor WCS. Met plaatsing van deze reactie, die bovendien te lang na het verschijnen van dr Paesi's bijdrage in ons blad zou verschijnen, bewijzen wij onze lezers geen dienst. En dat laatste is nu eenmaal het uitgangspunt vooreen blad als het onze, dat geen vaktijdschrift wil zijn, maar zich op een breed, voor een belangrijk deel niet-academisch publiek richt. Het is jammer dat u op mijn aanbod om in beknopte vorm, bij wijze van 'ingezonden stuk', te reageren, t.b.v. ons septembernummer, geen gebruik hebt gemaakt.
Ik beschouw de discussie met u over dit onderwerp, wat althans mijn aandeel daarin betreft, bij deze gesloten.
Met vriendelijke groeten,

drs G.J.Peelen
hoofdredacteur




.

. Faculteit der Wijsbegeerte
21 november 1996

vrije Universiteit amsterdam



Geachte Heer Korthof,
Dank voor uw brief van 10 november jl. Na een gesprek met de heer Peelen, zie ik geen reden van zijn beslissing af te wijken (zie zijn brief dd. 19 november jl. aan u). Omdat u uw brief niet alleen aan mij, maar ook aan de commissie van redactie hebt geadresseerd, zal ik uw brief in de decembervergadering van de commissie aan de orde stellen.
Van mij ontvangt U niet opnieuw bericht, tenzij de commissie van redactie anders beslist. Met vriendelijke groet.

H.E.S.Woldring.
vz.cie van redactie WCS.


.

. Aan:
de leden van de redactie-commissie en de voorzitter van de
Redactie-Commissie van Wetenschap Cultuur en Samenleving,
Faculteit der Wijsbegeerte,
Prof. Dr. H.E.S. Woldring
De Boelelaan 1105
1081 HV Amsterdam

							1-12-96

Geachte heer Woldring,

Hartelijk dank voor de bereidheid om mijn schriftelijke reactie op Paesi's artikel in de redactie-commissie te bespreken (brief 21 nov). U schrijft verder niets meer te laten horen, wanneer U niet tot publicatie over gaat. Echter: juist dan ben ik in hoge mate geïnteresseerd in de redenen van die beslissing.
De redenen dat ik mij tot de leden van de redactiecommissie richt, zijn de academische titels die in de colofon van WCS vermeld staan.
Ten tweede de titel van WCS waaruit af te leiden is dat WCS (o.a.) voorlichting wil geven over de stand van zaken in de wetenschap. Welnu: het artikel van dr Paesi is met wetenschappelijke pretentie's geschreven en staat vol onjuiste beweringen, en geeft geen juist beeld van de stand van zaken in de evolutiebiologie.
Voor de lezer is het misleidend en U doet daar de lezer zeker geen dienst mee.
Maar nu U dat eenmaal gepubliceerd heeft, lijkt het mij zondermeer redelijk om de fouten recht te laten zetten.

G. Korthof
Bijlage: 1

De commissie van redactie van "Wetenschap, Cultuur & Samenleving" bestaat uit:

  • Prof.dr.H.E.S. Woldring (voorzitter): politieke filosofie, CDA-lid.
  • mevr P.Dondorp-Telkamp ???
  • mevr. drs. F. Groenewoud-van Zandbergen ???
  • dr. A. van Harskamp: politieke theologie.
  • dr W. de Jong: ???
  • mevr.mr. P.C. Lodders-Elffrich: rechten.
  • dr C.D. van Rooden: gepromoveerd in de natuurkunde aan de VU.
  • prof.ir. E.J.Tuininga: kernfysica.
  • prof.dr.P.J.J.M.de Waart: hoogleraar volkenrecht aan de VU.
  • mevr.drs.H.Wams: ???


.



feedback: korthof.blogspot.com home: wasdarwinwrong.com wasdarwinwrong.com/korthof2.htm
Copyright © 1996 G.Korthof First published: 12 Jan 1997. Layout-update: 22 Apr 1997.